Op de grens tussen Groningen en Drenthe liggen de Groninger veenkoloniën. Oorspronkelijk lag hier het uitgestrekte Bourtanger moeras. Lange tijd was bewoning alleen mogelijk op enkele hoge zandruggen. Vanaf deze zandruggen werd vanaf de 12e eeuw het veen ontgonnen. Systematische en grootschalige ontginningen begonnen in 1600. Zo ontstond het strakke landschap van rechte wegen, lange kanalen, wijken (zijkanalen) en lintdorpen. Wijd is het uitzicht over de uitgestrekte velden, waar uitsluitend akkerbouw bedreven wordt. In de 19e eeuw ontwikkelde zich hier de aardappelmeelindustrie.